Kennis

De Stichtse Lustwarande

De ligging van buitenplaatsen was sterk gekoppeld aan de geografie van een gebied. Tussen Utrecht en Rhenen ligt een langgerekte stuwwal van 45 km lang, de Utrechtse Heuvelrug. Aan de zuidzijde van het gebied stromen de Kromme Rijn en de Nederrijn. Op de overgang tussen de hooggelegen zandrug en de natte rivierkleigebieden zijn sinds de 17e eeuw buitenplaatsen ontstaan.

Drentse Havezaten

Drenthe was in de voorgaande eeuwen een arme provincie. De steeds wisselende staatkundige situatie, met verschillende machthebbers, maakten het leven in Drenthe er niet makkelijker op. Er werd daardoor vaker dan in andere provinciën geroofd en geplunderd. De bewoners van havezaten werden door twee groepen gevormd. Enerzijds waren dat …

Kastelen en buitenplaatsen in Limburg

Wie op zoek gaat naar informatie over buitenplaatsen in Limburg moet concluderen dat er weinig over het onderwerp is geschreven. De meeste boeken en websites gaan over de kastelen in Limburg en die zijn ook nu nog rijkelijk te zien in het landschap. Meer nog dan elders in Nederland zijn de kastelen sterk vertegenwoordigd en zijn er veel bewaard gebleven. Hierin heeft de transformatie naar buitenplaats een belangrijke rol gespeeld.

Zeeuwse kastelen en buitenplaatsen

Wie aan Zeeland denkt, denkt aan uitgestrekte vlakten waar de zeewind vrij spel heeft en de stranden in de zomer vol liggen met zonaanbidders. Her en der zie je een kerktoren en de contouren van een dorpje. Niets doet vermoeden dat Zeeland als vanaf de middeleeuwen rijk was bezaaid met kastelen. Lees verder

Rozengeur en … veel ploeteren!

Wie aan buitenplaatsen denkt, denkt al snel aan de schoonheid van deze bijzondere plaatsen met hun stijlvolle landhuizen en lommerrijke parken. Alles straalt allure uit en vanuit die gedachte wordt de term ‘buitenplaats’ al snel geassocieerd met ‘romantiek’. De rijkdom van het aanzien doet niet vermoeden dat achter deze façade onderhoudsproblemen en financiële nood aan de orde van de dag kunnen zijn.

Friese stinzen en staten

Om te beginnen is het goed om aan te geven dat wanneer over stinzen wordt gesproken, het over een bebouwingsvorm gaat. Veel mensen denken bij stinzen aan de voorjaarsbollen zoals sneeuwklokjes, akonieten en lelietjes-der-dalen. Alhoewel deze ‘stinzen’-beplanting, zoals ze sinds 1932 genoemd wordt, ook door eigenaren van stinzen werd aangeplant in de tuin, wordt met de term stins of stinze het huis zelf aangeduid.

Amsterdamse projectontwikkelaars in 17e-eeuws ’s-Graveland

Bijna vier eeuwen geleden ontstond het plan om het gebied rond het huidige
’s-Graveland in cultuur te brengen. De woonkern ’s-Graveland met zijn buitenplaatscultuur ligt westelijk van Hilversum precies in het overgangsgebied van de zandgronden van het Gooi en het Hollands-Utrechts veenweidegebied. De ‘s-Gravelandse polder, meet ongeveer vier bij een-en-een-kwart kilometer. Het huidige landschap wordt gekenmerkt door een lintdorp met daar langs een aaneenschakeling van buitenplaatsen.

Borgen in Groningen

In Groningen worden de kastelen waaruit de latere buitenplaatsen ontstonden ‘borgen’ genoemd. De ontwikkeling van deze kastelen en buitenplaatsen verliep eigenlijk gelijk aan de ontwikkeling van buitenplaatsen in de rest van Nederland. De Groninger borgen werden bewoond door ‘hoofdelingen’. Dit waren rijke landeigenaren die extra rechten bezaten, zoals o.a. jachtrechten en het recht op zwanendrift. Door hun maatschappelijke positie vormden zij de adel van de noordelijke provinciën. Er ontstond een eigen titel voor deze heren die zich ‘jonkers’ noemde. Vanaf de 18e eeuw werd deze titel niet meer gebruikt.

water en buitenplaatsen

Vertakking van de Dobbewetering bij Kasteel Duivenvoorde in Voorschoten.

Buitenplaatsen en water

Buitenplaatseigenaren hebben altijd een bijzondere relatie gehad met water. Zowel in het natte westen als het drogere oosten en zuiden van land werd water ingezet als verrijking van de buitenplaatsaanleg. Maar in het westen was er ook een worsteling met water om het terrein droog te houden.

Frederik Kaal: Sloper van buitenplaatsen

Frederik Kaal was een beruchte speculant, opkoper en sloper uit Amsterdam onder wiens handen vele herenhuizen maar ook buitenplaatsen aan het eind van de 18e eeuw zijn gesloopt. Deze ‘kaalslag’ onder de buitenplaatsen leverden hem het sloopmateriaal op dat hij weer verhandelde.

Buitenplaatsen op binnenduinen en strandwallen

De oude en nieuwe duinen in Zuid- en Noord-Holland waren al vroeg ideale vestigingsplekken voor buitenplaatsen. De bijbehorende boerderijen lagen op de grens naar het veengebied, waar het vee geweid werd.

Zuid Holland brengt waarden buitenplaatsen in beeld

De provincie Zuid Holland is de eerste provincie in Nederland die de waarde van buitenplaats extra benadrukt in het ruimtelijk beleid. Door het benoemen van ‘buitenplaatsbiotopen’ in de Verordening Ruimte worden gemeenten, ontwikkelaars en eigenaren verplicht alle onderdelen en waarden van buitenplaatsen in beeld te brengen.

Leer van de National Trust

Nederland is niet het enige land in Europa dat kampt met het beheer van erfgoed en alle problemen die daar bij komen kijken. Van de buren kan je veel leren. Een interview met Marianne Blaauboer over de National Trust in Groot Brittanië.

Over buitenplaatsen en landgoederen

Een fenomeen dat ontstaat in de Gouden Eeuw van Nederland. De opkomende burgerlijke elite wil zijn bereikte status tonen door net als de adel aangename verblijfplaatsen in het buitengebied te bezitten.